Co-ncept jeugdhulp

Contextbegeleiding

Vertrekken vanuit de praktijk: 18 trajecten en samenwerkingsoverleggen

Tijdens het pilootproject volgden we 18 trajecten in de regio 1G1P AanZet, telkens in nauwe samenwerking met gezinnen, jongeren en de betrokken hulpverleners. De samenwerkingsoverleggen speelden daarbij een belangrijke rol: ze brachten jongeren en hun (in)formele netwerk rond de tafel en lieten zien hoe uiteenlopend contextbegeleiding vandaag wordt ingevuld en welke verwachtingen soms naast elkaar bestaan. Vanuit deze ervaringen kregen we een helder beeld van wat vandaag werkt en waar het schuurt voor zowel gezinnen als professionals.

Verdieping in het lerend netwerk

In het lerend netwerk werd duidelijk dat vertrouwen en verbondenheid de basis vormen van contextbegeleiding. Gezinnen moeten zich gezien en ernstig genomen voelen, en dat geldt zowel voor jongeren als voor ouders en andere sleutelfiguren. Flexibiliteit kwam telkens terug als voorwaarde om kwaliteitsvol te kunnen werken: niet elk gezin heeft nood aan dezelfde aanpak, en binnen één gezin kan de intensiteit ook veranderen naargelang de situatie. Het gesprek bracht daarnaast de rolafbakening naar voren en het belang van neutraliteit en nabijheid. Een oefening rond “de ideale contextbegeleider” toonde hoe breed de verwachtingen vandaag liggen en hoe zwaar en kwetsbaar de rol kan zijn. Tot slot werd duidelijk dat de verschillen tussen sectoren én tussen voorzieningen zorgen voor uiteenlopende visies en verwachtingen, en dat de huidige systemen weinig ruimte laten om in of bij te schakelen waar nodig.

Kaders en structuren bekijken in het netwerkforum

Op het netwerkforum kwam vooral het bredere organisatorische perspectief naar voren. Daar werd duidelijk hoe structurele elementen — zoals financiering, registratie en verschillende logica’s tussen sectoren — mee bepalen wat in de praktijk haalbaar is. De gesprekken toonden aan dat nabijheid, continuïteit en maatwerk niet alleen afhankelijk zijn van de inzet van begeleiders, maar ook van de ruimte die organisaties en systemen bieden om die inzet waar te maken.

Bevindingen spiegelen aan Opgroeien

Met deze inzichten gingen we naar Opgroeien, om te toetsen hoe de ervaringen uit de regio zich verhouden tot het bredere beleidskader. De thema’s bleken herkenbaar: contextbegeleiding bevindt zich op het snijpunt van meerdere lijnen binnen de jeugdhulp, wat zowel kansen als knelpunten met zich meebrengt. Het gesprek bevestigde de nood aan meer samenhang tussen kaders, financieringsstromen en registratievormen, zodat hulpverleners de ruimte krijgen om flexibel te werken waar dat nodig is.

Terug naar de regio voor verfijning

Na het gesprek met Opgroeien gingen we opnieuw de regio in om de inzichten verder te verfijnen. Die uitwisseling bracht extra nuance, maakte verschillen duidelijker en hielp om de gedeelde accenten scherper te stellen. Zo groeide een breed gedragen beeld van wat gezinnen, professionals en organisaties nodig hebben om contextbegeleiding duurzaam te ondersteunen.

Overgangsnota

Nu het pilootproject eindigt, willen we de opgebouwde kennis en gesprekken niet laten verdwijnen. De nota bundelt het volledige proces, van nabij werken met gezinnen tot structurele reflectie, en dient als basis voor de komende jaren. Het intersectoraal regionaal overleg jeugdhulp (IROJ) West-Vlaanderen neemt het thema verder mee, zodat contextbegeleiding stevig verankerd blijft en intersectoraal verder kan groeien.

Lees de volledige nota

Nota volgt.